Tjimahi 4e en
9e Bataljon W-Java
Japans kamp, Opvangkamp
Andere
benaming
Kamp
4 Tjimahi
Ligging
Dit kamp lag in het noord-westelijk stadsdeel,
begrensd door Kampementsweg, Stationsweg (spoorlijn), Gedong Delapan
(Racebaan) en Gedong Empat. Het kamp was ondergebracht in de
kazerne-gebouwen. Tijdens de Japanse bezetting was het eerst een
krijgsgevangenkamp, vanaf februari 1944 een burger-mannenkamp. |
Kampcommandant
sergeant Segami (Japanner), korporaal Yamagami
(Koreaan) en sergeant Sunakawa ; Hr F. de Vries (sept 1945)
Kampbewaking
heiho’s, Japanse soldaten, Britse militairen,
Nederlandse militairen
Kampleiding
Hr Heintz Stein
Transporten
datum |
binnengekomen uit |
vertrokken naar |
aantal per transport |
aantal in kamp |
type personen |
|
JAPANS KAMP |
|
|
|
|
|
|
|
|
8000 (1) |
jo,ma |
|
OPVANGKAMP |
|
|
|
|
xx-09-1945 |
|
Vertrokken |
|
|
jo,ma |
|
|
|
|
7000 (2) |
jo,ma |
xx-10-1945 |
Omgeving |
|
|
|
ma,vr,ki (3) |
xx-10-1945 |
|
Vertrokken |
|
|
ma,vr,ki |
|
|
|
|
3500 (4) |
ma,vr,ki |
xx-11-1945 |
|
|
|
4000 (5) |
ma,vr,ki |
xx-04-1946 |
|
Evacuatie (6) |
|
0 |
ma,vr,ki |
jo=jongens,
ki=kinderen, ma=mannen, vr=vrouwen
(1) schatting op basis van Atlas Japanse kampen I, pg 112-113
(2) peildatum
Schouten, pg 68
(3) Indo-Europeanen,
die bescherming zochten
(4) peildatum
Schouten pg 77 (3300 jongens en mannen, 200 vrouwen en kinderen)
(5)
Quack pg 84
(6) het
kamp werd opgeheven
Wonen De gebouwen waren tamelijk
nieuw, men verbleef in lange zalen met “boxen”; er was elektrisch licht. Sommigen
hadden een tafel en enige stoelen. Kampbewoners Er waren veel gezinnen met
(veelal kleine) kinderen: mannen, die in dit kamp zaten bij de Japanse
capitulatie, die hun vrouw en kinderen lieten overkomen en Indo-Europese
gezinnen uit Tjimahi en omgeving, die zich bedreigd voelden door de pemoeda’s
en bescherming zochten in dit kamp. Er waren veel moeders in blijde
verwachting (op een zeker moment 257). Voeding De voeding bestond uit ’s
morgens brood, ’s middags rijst met spek en ’s avonds opnieuw rijst met spek;
verder koffie en thee met suiker, alles in voldoende hoeveelheden; het werd
verstrekt door een centrale keuken, de kampkeuken. Sommigen hadden een anglo
(gestookt met houtskool), waarop zij zelf gekochte etenswaren bereidden;
water werd gekookt met zelfgemaakte elektrische dompelaars. De Indonesische nationalisten
kondigden in november 1945 een voedselboycot af, waardoor groenten, vlees,
eieren en fruit nog maar sporadisch of in het geheel niet het kamp
binnenkwamen. Hierdoor kreeg men zeer eenzijdig (en eentonig) voedsel. Soms
kwam er wat fruit het kamp binnen, maar dat moest men dan zelf bijkopen
(tegen zeer hoge prijzen). Zo nu en dan kwamen Rode
Kruis-pakketten aan met corned beaf, chocolade, bacon, blikje kaas, boter,
sigaretten e.d. Sommigen kregen extra voedsel via pakketten van familie in
Nederland. Alles werd aangevoerd via het vliegveld Andir in Bandoeng. Geldmiddelen Er werd nog steeds gehandeld
met het Japans geld (niet met NICA-geld). Kleding Er was voldoende kleding, zoals
ook sokken, schoenen, lange broeken, kahki ondergoed. Sanitair Er waren geen WC’s, men moest
hurken boven een open goot. Water Er was ruim voldoende water (en
zeep). Hygiene Er waren veel wandluizen, die
konden worden bestreden met Derritpoeder (een insecticide); er waren ook veel
kleerluizen, muskieten en witte mieren. Medische zorg Zieken werden overgebracht naar
het Militaire Hospitaal; gezinsleden konden de zieken op bepaalde uren van de
dag bezoeken. Kampbewoners werden ingeënt tegen tyfus, cholera en dysenterie.
Tandheelkundige zorg was nagenoeg afwezig, omdat er geen vulmateriaal was. Toestand Half oktober 1945 brak de
bersiap-periode aan; de toestand buiten het kamp werd steeds onveiliger; als
gevolg hiervan vluchtten vele Indo-Europeanen, zowel mannen, vrouwen als
kinderen, het kamp binnen. ’s Nachts vonden regelmatig schietpartijen rondom
het kamp plaats; het kamp werd niet direct aangevallen. In verband met de
voortdurende schietpartijen werd in november 1945 het kamp beter beveiligd
door middel van prikkeldraadversperringen, zandzakken en
mitrailleursnesten; in januari 1946 kwam er versterking in Tjimahi in de vorm
van Nederlandse militairen. Toch kwamen er zo nu en dan ernstige
schietincidenten voor, waarbij pemoeda’s mortieren, geschut, zware en lichte
mitrailleurs gebruikten. Soms werden vanuit lege huizen Nederlanders op
straat onder vuur genomen. Hierbij vielen diverse dodelijke slachtoffers. Familiecontact Er kwam
een goed lopend briefcontact met familieleden in andere kampen op gang. Soms
waren de brieven geopend door de censuur. Met
Nederland was er een regelmatige postverbinding (een brief of pakket deed er
van huis tot huis ongeveer 10 dagen over). De post kwam en vertrok via
Batavia en het vliegveld Andir van Bandoeng; het vervoer van en naar Andir
ging met gewapende convooien naar de kampen in Tjimahi. Werkzaamheden Sommigen
hadden dagelijkse bezigheden in het kamp, waarmee zij wat geld verdienden,
zoals administratie bijhouden op het kampkantoor (het berekenen van de steun
en toelagen, die in het kamp werden verstrekt). Feestdagen Op 31 augustus 1945 (koninginnedag)
werd een vlaggenparade gehouden en werden kinderspelen en voetbalwedstrijden
georganiseerd, alsmede een cabaretavond. |
Vertrek naar Nederland
Zij, die naar Nederland wilden,
werden verdeeld in drie evacuatiegroepen: A is de urgentiegroep (zieken), in
groep B zaten weduwen en wezen, in groep C zaten de overigen. Medio februari
1945 waren de groepen A en B ongeveer vertrokken en kwam groep C aan bod.
Zij, die vanuit Batavia opgeroepen werden voor transport naar Nederland,
werden met gewapende convooien naar het vliegveld Andir in Bandoeng gebracht
om vervolgens per vliegtuig naar Batavia te gaan (transport per trein of auto
naar Batavia was niet mogelijk door voortdurende overvallen van pemoeda’s op
deze routes). |
Gebeurtenissen
17-08-1945 Het
corvee werd naar huis gestuurd. 22-08-1945 Tijdens een Groot Appèl werd de Japanse
capitulatie bekend gemaakt: de Japanse commandant, een paar Japanse
officieren, de Nederlandse kampleider met zijn helper en een tolk kwamen de
poort binnen, de Jap klom op een tafel, salueerde naar de gevangenen, sprak
met zijn hand op zijn samoerai, dat de oorlog was afgelopen (de tolk
vertaalde zin voor zin), salueerde weer, klom van de tafel en verliet samen
met zijn officieren de poort. Op het kampkantoor wapperde opeens de
Nederlandse vlag, de kampleider klom op de tafel en kondigde de nieuwe regels
af, zoals niet het kamp op eigen houtje verlaten (er was geen kleding, geen
voedsel, geen geld; er waren geen bevrijdingstroepen: het was onveilig buiten
het kamp), de schoonmaakcorvees weer aan het werk, enz. Daarna werd het
Wilhelmus gezongen. Voor het eerst goed eten: 500 g rijst, sambal, soep met
veel varkensvlees. xx-08-1945 (een paar dagen later): Een Nederlands
vliegtuig (een Catalina) kwam laag over het kamp, landde op de paardenrenbaan
vlak achter het kamp, twee Nederlandse officieren kwamen een paar prominenten
ophalen; binnen een kwartier vertrokken zij weer en even later vloog het
vliegtuig weer laag over het kamp richting Batavia. 19-09-1945 Inmiddels waren veel brieven uit de
vrouwenkampen binnengekomen. Het eten was goed: veel rijst (400 gram per
maaltijd), veel vlees en veel fruit. 21-09-1945 Er werden kleren uitgedeeld. 23-09-1945 Er werden sigaretten uitgedeeld, een pak
Koa-sigaretten per persoon. 30-09-1945 De pemoeda’s werden agressief: er werden
enige Europeanen vermoord, er werden vrachtauto’s en wapens ingepikt, er werd
geprobeerd het Postkantoor te bezetten. 08-10-1945 De weg naar Bandoeng werd geblokkeerd door
pemoeda’s met pantserauto’s en mitrailleurs. xx-10-1945 De bersiap-periode brak aan; de toestand
buiten het kamp werd steeds onveiliger; als gevolg hiervan vluchtten vele
Indo-Europeanen, zowel mannen, vrouwen als kinderen, het kamp binnen. ’s
Nachts vonden regelmatig schietpartijen rondom het kamp plaats; het kamp werd
niet direct aangevallen. |
Literatuur
Beekhuis,
H. e.a. – Geïllustreerde Atlas van de Bersiapkampen in Nederlands-Indië
1945-1947, 2009, pg 65
Brugmans,
I.J. – Gevangen op Java, dagboek uit een Jappenkamp, 2004, pg 135 (corvee gestaakt)
Delden,
Mary van – Bersiap in Bandoeng, 1989, pg 100
Dulm, J.
van e.a. – Atlas Japanse kampen, Deel I, 2000, pg 112, Deel II, 2002, pg 95
Herman-Dauvellier,
C. – Kiki’s brieven (periode december 1945 – april 1946)
Heijmans-van
Bruggen, Mariska – De Japanse bezetting in dagboeken, Kamp Tjimahi 4, 2002, pg
24, 40, 249
Liesker,
H.A.M. – Jongens in de mannenkampen te Tjimahi, 1994, pg 206, 270 (plattegrond)
Poutsma,
A. – Tjimahi, Moesson 30/2 (15.08.85), pg 12-13
Quack,
R.B. – RAPWI-rapport Bandoeng, NIOD, IC 054943 e.v., pg 84
Schomper,
Pans – Indië vaarwel, 3e druk, 1994, pg 185-198
Schouten,
C. – RAPWI Geschiedkundig overzicht, NIOD, IC 081820, pg 68-91
Weijers,
Gerard in H.A.M.Liesker – Jongens in de mannenkampen te Tjimahi, 1994, pg
215-216
Woortman,
Louk in
H.A.M.Liesker – Jongens in de mannenkampen te Tjimahi, 1994, pg 281-286
Zwanikken,
Felix in H.A.M.Liesker – Je denk, ken niet maar ken!!, 1997, pg 203-207
Plattegrond,
tekeningen, foto’s
zie www.japanseburgerkampen.nl
Index West-Java-kampen Tjimahi-kaart